Op een prachtig zonnige dag liep ik door Londen te struinen. Wat een perfect plaatje: een Take Away-koffie in mijn hand en verderop een bankje in het park, omgeven door duiven die rondscharrelden om hier en daar wat kruimels op te pikken.
Ik aarzelde echter, want op het bankje zat een man die wel veel weg had van een dakloze. Is het wel veilig?, vroeg ik mij af. Ieuw, misschien stinkt hij. Ietwat ongemakkelijk besloot ik toch om naast hem op het bankje te gaan zitten. Ik was nog maar net gaan zitten of hij gaf me een compliment over mijn veelkleurige sjaal. Terwijl we stil naast elkaar zaten, nipte ik aan mijn koffie terwijl hij zich boog over de vier left-overs die hij waarschijnlijk uit de vuilnisbak had gevist. Ik rilde al bij de gedachte in de vuilnisbak te moeten duiken voor wat eetbaars. Uit de penetrante geur die om de man heen hing kon ik duidelijk opmaken dat een douche geen overbodige luxe voor hem zou zijn.
Nadat ik mijn koffie had opgedronken, voelde ik in mijn hart de noodzaak om een gesprek met deze man te beginnen. Ken je die momenten waarop je weet dat de Heilige Geest je vraagt om gehoorzaam te zijn terwijl werkelijk elke vezel in je lichaam daartegen protesteert? Met verhoogde hartslag worstelde ik met mijn gedachten: Wat moet ik tegen hem zeggen? Straks zit ik de hele dag met hem opgezadeld! Waar gaat dit heen? Moet ik echt wel een gesprek met hem aangaan of is dat maar gewoon een gedachte? Eerlijk gezegd probeerde ik van alles te verzinnen om onder dit gesprek uit te komen. Terwijl het zweet me uitbrak, verzamelde ik al mijn moed en zei: “The weather is soooo nice, isn’t it?!” Een eenvoudige zin, die er uiteindelijk toe leidde dat Antony zijn leven met mij ging delen.
Als dakloze bestudeerde hij de psychologie van de mens. Hij analyseerde het gedrag van mensen en had een sterk afwijzende houding ten opzichte van het kapitalisme. Het kapitalisme bracht ons niets goeds, zo stelde hij. Mensen proberen zichzelf te positioneren door middel van allerlei (kleding)merken die maken dat je ‘iemand’ bent. We vernietigen de natuur en spelen een super vermoeiend spel met elkaar door voortdurend bezig te zijn met aanzien en positionering van je eigen persoon. Hier vonden deze man en ik elkaar: het gesprek bracht ons tot een moment waarop we konden spreken over de zelfgerichtheid van de mens, het streven naar eigen gewin en het feit dat omzien naar elkaar absoluut niet vanzelfsprekendheid is. Het leven zonder de God die de Schepping heeft ontworpen, maakt dat we als mens zondig staan tegenover Hem. Juist in relatie met Hem kunnen we tot onze bestemming komen als kind van de Allerhoogste.
Tijdens ons gesprek realiseerde ik me dat de kerkdienst die ik zou bijwonen die middag al bijna begon. Ik kon Antony vragen of hij meeging naar de dienst. Ik weet zeker dat hij tijdens de dienst weer veel denkstof heeft gekregen. En leesstof, in de Bijbel die hij na de dienst mee naar huis nam. Een bijzondere gebeurtenis, die gewoon begon met een praatje over het weer.
Geef een reactie